Lagg of overgangszone

 

Een hoogveen is ingebed in het omringende landschap. Het hoogveenlandschap wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van een of meerdere hoogveenkernen en overgangen naar dat omringende landschap. Op die overgangen kan de zogenaamde lagg (term vanuit het Zweeds) liggen. Hier mengt afstromend water uit de zure hoogveenkern zich met meer gebufferd water dat vanuit naastliggende zandruggen of de diepere ondergrond toestroomt.

 

Binnen de lagg komen allerlei overgangen (gradiënten) in vochtigheid, waterkwaliteit en bodemkwaliteit en hoogte voor. Daardoor heeft de lagg een hoge biodiversiteit: veel planten- en diersoorten vinden hier een geschikte leefomgeving.

Een beeld van een lagg tussen een hoogveenkern (naar rechts) en een lager gelegen basenrijke keileemrug (Nigula, Zuidwest-Estland).